Na moeizame onderhandelingen hebben het Europese Parlement, Commissie en Raad een akkoord bereikt over energie efficiency. Het eindresultaat ligt met 32,5% verbetering van energie efficiency in 2030, precies in het midden van de 35% waar het Europese Parlement naar streefde en de 30% die de Europese Raad wel voldoende vond. Anders dan het akkoord over bindende doelstelling van 32% hernieuwbare energie in 2030, betreft de energie efficiency slechts een streefdoel. Echter, net als bij de hernieuwbare energie geldt ook voor energie efficiency dat in 2023 zal worden geëvalueerd of verhoging van de doelstelling voor 2030 haalbaar is. Het akkoord heeft onder andere gevolgen voor afnemers van warmte. Regels voor het meten en in rekening brengen van warmte zullen worden aangescherpt zodat afnemers meer inzicht en vooral meer controle krijgen over de kosten van warmtelevering. De afspraken moeten nog worden uitgewerkt in een Europese Richtlijn die vervolgens formeel moet worden goedgekeurd.
ACM beëindigt de volumekorting voor de grootindustrie
Nauwelijks kostenefficiënte alternatieven voor CCS
Voor het eerst: bird curtailment