Besluit om gasproductie in Groningen zo snel mogelijk te beëindigen heeft aanzienlijke financiële consequenties

De begroting van de regering wordt behoorlijk beïnvloed door beslissing van eind maart om de productie van gas in Groningen zo snel mogelijk naar nul te brengen. Dat blijkt uit de Voorjaarsnota 2018 die het Ministerie van Financiën naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.  Dit jaar al vallen de gasbaten daardoor 150 miljoen euro lager uit dan waar de regering vorig jaar vanuit ging. Die tegenvaller loopt de komende jaren nog gestaag op tot 900 miljoen euro in 2022. Daarnaast verwacht de regering nog diverse tegenvallers die niet direct veroorzaakt worden door het besluit om versneld te stoppen met de gasproductie in Groningen, maar wel met de (aflopende) gasproductie te maken hebben. Voor zulke tegenvallers reserveert de regering 200 miljoen euro per jaar. Mogelijke schadevergoedingen die de Staat moet betalen aan inwoners en/of aan Shell/Exxon, kunnen dan vanuit die reserveringen worden gedekt, aldus de Nota.  Gelukkig heeft het ministerie ook goed nieuws. Diverse kostenposten vallen lager uit en sommige belastingen brengen meer op dan eerder begroot. Die meevallers wil het ministerie gebruiken om financiële gaten te dichten die door de (afnemende) gasproductie ontstaan.